Direct naar content gaan

Samenvatting

De rechter beslist op basis van de wet. Daarom wil hij de betekenis van de wet kennen. Taal is niet perfect en vaak op meer dan één manier te verstaan. Daarom moet de rechter ook achter de woorden van de wet kijken. Kan een door haar ex bedreigde vrouw alleen maar door de in de wettekst vereiste inschrijving bij de gemeente bewijzen dat zij met haar kind in een ‘blijf-van-mijn-lijf-huis’ woont? 


Deze bijdrage is een referentie-artikel op ‘Drie stellingen over motivering en rechtsvinding’ van Michiel Hennevelt in NLF-W 2021/39.

NLF-W artikel

Wat houdt de motiveringsplicht van de rechter in? Is rechtsvinding op basis van letterlijke interpretatie van de wet daarvoor een goede grondslag?

1. Inleiding

De aanleiding voor het schrijven van deze bijdrage is het artikel van Michiel Hennevelt over de motivering van belastingarresten. Het artikel is een aanrader voor de in formeel belastingrecht geïnteresseerde jurist. Een van de redenen daarvoor is dat de auteur laat zien dat empirisch onderzoek naar rechtspraak belangwekkende resultaten kan opleveren.

Een van de uitkomsten is dat de auteur bewijst wat in de literatuur al langer werd aangenomen, namelijk dat de Hoge Raad, in elk geval althans de belastingkamer, voorrang geeft aan rechtsvinding op basis van letterlijke interpretatie. De geldigheid van die interpretatie wordt in veel arresten zonder meer aangenomen; en wanneer een beslissing wordt gebaseerd op een andere methode van rechtsvinding, wordt uitdrukkelijk beargumenteerd waarom niet de letterlijke lezing wordt gevolgd. In het omgekeerde geval gebeurt dat niet (of wellicht bij grote uitzondering).

Log hier in om verder te lezen

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
NLF-nummer
NLF-W 2021/50
Judoreg
NFB4690
Publicatiedatum
2 december 2021
bwbr0001830&artikel=5,bwbr0001840&artikel=121,bwbr0002320&artikel=29,bwbr0005537&artikel=3:46,bwbr0005537&artikel=8:67,bwbr0005537&artikel=8:77,bwbv0001000&artikel=6

Naar de bovenkant van de pagina