Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(1)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

GL, ambtenaar bij de Europese Commissie, oefent sinds 2015 ook een aanvullende onderwijsactiviteit uit, voor maximaal 20 lesuren per jaar. Bij brief van 4 juli 2018 heeft het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (België) GL eraan herinnerd dat hij als docent zelfstandige was en hem verzocht zich aan te sluiten bij het sociaal verzekeringsfonds van zijn keuze. GL heeft zich aangesloten bij het Partena-fonds en de sociale bijdragen betaald.

Volgens GL is de onderwerping aan het Belgische socialezekerheidsstelsel voor zelfstandigen in strijd met het voor de ambtenaren van de instellingen van de Unie geldende beginsel dat iemand maar bij één socialezekerheidsstelsel kan zijn aangesloten. Hij heeft daarom tegen Partena beroep ingesteld om niet aan dat stelsel onderworpen te hoeven zijn en de voldane sociale bijdragen terugbetaald te krijgen.

De verwijzende rechter heeft over deze kwestie een prejudiciële vraag gesteld aan het HvJ.

Het HvJ antwoordt op de vraag dat artikel 14 Protocol, het beginsel dat men bij slechts één socialezekerheidsstelsel kan zijn aangesloten, zoals bedoeld in Verordening 883/2004, en het beginsel van loyale samenwerking zoals neergelegd in artikel 4, lid 3, VEU, aldus moeten worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen de wettelijke regeling van een lidstaat op grond waarvan een ambtenaar van de Unie die op het grondgebied van die lidstaat een bijkomende beroepsactiviteit in het onderwijs uitoefent, aan het socialezekerheidsstelsel van die lidstaat is onderworpen.

Metadata

Rubriek(en)
Sociale verzekeringen
Belastingtijdvak
2015-2022
Instantie
HvJ
Datum instantie
18 april 2024
Rolnummer
C‑195/23
ECLI
ECLI:EU:C:2024:337
celex32004r0883&artikel=11

Naar de bovenkant van de pagina